prikkels

E. Ouweneel

 

Onder ons kunnen zich wel eens kommunikatie-stoornissen voordoen met betrekking tot de kleding van onze vrouwen en meisjes.

Men kan soms grondige uiteenzettingen beluisteren hoe de vrouw in onderscheid met de man behoort gekleed te gaan. Of liever, hoe zij er per sé NIET bij mag lopen.

Een en ander stoelt ongetwijfeld op Duet. 22:5. Aan deze Schriftplaats ontleent men dan EEN bepaalde interpretatie.

Persoonlijk vraag ik mij af, of men zich dan voldoende heeft gerealiseerd HOE in die tijd en WAARAAN het konkrete verschil tussen vrouwen- en mannenkleren kon worden gesignaleerd.

(VAST STAAT in ieder geval dat de christen-vrouw kan en behoort te weten wat van haar, in dit opzicht verwacht wordt. Zie 1 Tim. 2: 9-10. Volledigheidshalve mag ook nog worden verwezen naar 1 Petr. 3: 1-5.).

En dan het volgende punt: wat moeten wij als nieuw-testamentische gelovigen met die VELE, VELE andere geboden? Gaat u ze maar eens zorgvuldig na in de vijf boeken van Mozes. Hebben we voor die alleen een geestelijke betekenis in het oog? Met welk recht?

Zelf draag ik echt overhemden gemaakt van 35% katoen en 65% polyester. Niet ideaal, maar ben ik nu in strijd met Gods Woord? Zie Deut. 22: 11.

Gebakken spek en een goede karbonade kan ik echt waarderen. En ik denk velen van u met mij. Zijn we nu duidelijk ongehoorzaam aan Deut. 14:8? Welnee, leest u maar 1 Kor. 10:25.

Broeders en zusters, oppassen voor onbezonnen, ongenuanceerde, harde kritiek. Bezonnenheid behoort tot de sieraden van de christen (2 Tim. 1:7).