'k Leg alles aan Uw harte,
Uw Vaderharte neer.
Gij kent mijn strijd, mijn smarte,
Gij weet het alles, Heer!
Kan ik geen woorden vinden
Om mij te doen verstaan,
Ik weet, Gij hoort mijn zuchten,
En ziet mijn tranen aan.
'k Leg alles aan Uw harte,
Dáár schep ik moed en kracht,
Tot werken en tot wachten; -
In 't duister van den nacht,
Zie 'k nog in ’t stargeflonker
Uw vriendlijk aangezicht
Bemoedigend en teeder
Op 't zwakke kind gericht.
'k Leg alles aan Uw harte,
Uw Vaderharte neer;
Niet mijn, Uw wil geschiede,
Uw grooten Naam ter eer!
Doe mij maar steeds gevoelen
Mijn diepe afhanklijkheid,
En draag mij door dit leven
Eens in Uw heerlijkheid!
Vorig gedicht | Volgend gedicht |